In memoriam Caroline Pauwels (1964-2022)

Een stroom van liefde

Warmer persoonlijkheid heeft nooit aan het hoofd gestaan van een universiteit. Caroline Pauwels heb ik nooit bits gezien, nooit knorrig, nooit agressief. Ze was een goedlachse studente, altijd gebleven, ook toen ze in september 2016 als rector het roer in handen nam van de VUB – toen nog altijd het verweesde hummeltje van de Vlaamse universiteiten (met alle eerbied voor haar voorganger Paul De Knop, die de dag voor haar overleed, voor alle rectoren ook die de Vlaamse aanwezigheid in Brussel hooghielden, van de eerste, Alois Gerlo, tot de eerste vrouwelijke rector, Els Witte).

Maar het buitenbeentje was en blijft Caroline Pauwels. Niet omdat ze jonger was. Niet omdat Walter Debrock, voorzitter van de VUB tussen 1972 en 1980, medestichter en eerste voorzitter was van het Arkcomité. Niet omdat ze uit de zachtere wetenschappen (wijsbegeerte en communicatie) kwam. Niet omdat ze in Bosvoorde inwijkelinge uit het Waasland was. Wel omdat ze een volkomen doorzichtig beleid voerde, geënt op haar even doorzichtig karakter – ze had nooit een dubbele agenda, argumenteerde met overtuiging én respect, brak alle ketens van angst en wantrouwen open. “De open poort naar de stad en een universiteit op mensenmaat”, daarmee legde ze de grondslag voor een zelfbewuste vanzelfsprekendheid waarmee de Nederlandstalige instelling de grote wereld tegemoet moest treden.

Eenheid in verscheidenheid, zoals Blom en Lamberts de Nederlanden omschreven, gold voor haar ook op het wereldforum. Niets is onmogelijk, falen is geen schande, inert blijven wel. Dat was ook de stelling die ze in haar recente boek Ronduit. Aantekeningen van een Possibilist (2021) naar voren schoof. Met dat voornemen sloot ze rechtstreeks aan bij de legendarische Willem van Oranje (“point n’est besoin d’espérer pour entreprendre, ni de réussir pour persévérer”), bij de stichter van universiteit Pierre-Theodore Verhaegen wiens verdediging van de vrijheid van meningsuiting ze even overtuigd deelde, en bij de man van het radikale pacifisme, Ferdinand Domela Nieuwenhuis. Zelf gaf ze een modernere invulling aan de term “possibilisme”. “We moeten het vertrouwen hebben dat we in staat zijn problemen te analyseren, er oplossingen voor te vinden en zo de samenleving en de wereld te veranderen en te verbeteren”, zei ze. Geen ijdele ambitie. Een streven dat moet steunen op inzicht, waarvoor de wetenschappelijke benadering onontbeerlijk is. Maar die ijver mag geen doel op zich worden, mag niet ingezet worden voor geldgewin, persoonlijke faam of mateloze eigendunk. Het wezenlijke voor Caroline (en dat putte ze vooral uit haar ongeneeslijke kanker) was “je vasthouden aan de essentie. En dat zijn de mensen. Dat is eigenlijk: liefde”.

Ik ken geen enkele andere wetenschapper die liefde als doel vooropstelt. Misschien wel onbaatzuchtigheid. Maar wetenschap was voor haar het middel om de mens zichzelf te laten verbeteren, zich te openen voor de ander, en in de pure betekenis van het woord “honderd bloemen laten bloeien”. Niet zoals Mao Tse Toeng het bedoelde: “Laat honderd scholen wedijveren”.

Caroline Pauwels zag niets in het opbod van wedijver – zij zou allicht “samenwerken” geschreven hebben in plaats van rivaliseren. Ze was altijd zeer onder de indruk van wat uitwisseling van bevindingen en ontdekkingen kon realiseren. Het was een geruststellende gedachte die haar vooruitgangsoptimisme met beide voeten op de grond hield. Haar stem zou nu sterker moeten klinken dan die van alle strategen en wapenhandelaars samen, in een wereld die kreunt onder besmettelijke ziekten, politieke arrogantie en wapengekletter. Diplomatie moet niet inzetten op het achterhouden van informatie maar op toenadering. Overleg, debat, ordentelijk vertoog, de wil elkaar te helpen om te verbeteren. En liefde.

Caroline hield van mensen, álle mensen, ongeacht hun afkomst, kleur, overtuiging, taal, geaardheid of geloof. Als alleenstaande moeder die twee kinderen in haar upje grootbracht, heeft ze altijd de goede verstandhouding met hun “nomadische” vader behouden. Als verdraagzame vrouw gelooft ze rotsvast in de vrijheid van pers en tegenspraak. Ze stond mee aan de wieg van “Difference Day” in Brussel. Ze masseerde de gezamenlijke afkomst met de ULB tot hechte samenwerking. Zij was een humaniste voor alles, zij zou alles voor de mens gedaan hebben. Zij was in alle opzichten “de zwemmer”, zoals de Hongaarse Zsuzsa Bánk de kinderen beschrijft die door hun moeder waren achtergelaten in 1956: bovenblijven en genieten van de eenvoudigste dingen: ademhalen, rusten, denken, verloren lopen. En ook als je de wereld niet kunt doorgronden, doorzwemmen. Niets is ooit uitzichtloos. Ook niet als dat zo lijkt, zoals in een totalitaire onderdrukkingsmaatschappij, reden waarom ze mee het Hannah Arendt Instituut in Mechelen heeft opgericht. Ook niet als ze zelf getroffen wordt door een “vuile” ziekte. Zij leefde mét kanker, niet tegen. Vergankelijkheid maakt net het bestaan levenswaard. “Het gaat voorbij”, zei Arkprijswinnaar 2020 Jozef Deleu, “Maar er blijft overschot”. Niemand gaat verloren. Niets gaat echt verloren.

Het Arkcomité heeft net op tijd Caroline Pauwels kunnen eren met de Arkprijs van het Vrije Woord, en met een boek dat haar volledige loopbaan dekt. Een Geboeide Waarheid Erkennen Wij Niet was de gepaste titel voor een Grote Dame, die eerlijk, gedreven en vasthoudend was. U kunt op deze website dat boek lezen. Het Arkcomité neemt afscheid, niet zonder verdriet, maar eerder met weemoed; maar ook met grote bewondering en verbouwereerdheid. Liefst met de woorden van wie haar, na haar kinderen, het meest aan het hart lagen: haar zussen Anette en Bernadette en haar moeder. Zij schreven – zoals Caroline zelf het zou gewild hebben in begrijpelijke taal – over haar legendarische gastvrijheid: “Je bent altijd welkom, er is zeker muziek, een gesprek ruim ondersteund met eten en drinken – en in alle talen die min of meer beheersen”. Pouilly Fumé dus, en opera. Al betekende dat voor haar hoofdzakelijk “werken”. Ze lijkt daardoor opvallend op de volkse laureate van de Arkprijs 2016, Reinhilde Decleir. Ook niet op haar mond gevallen, en altijd bereikbaar. Ook voor de kleinste dompelaar. Haar in memoriam staat nog op de site. Die van Caroline zal haar opvolgen. Twee sterke vrouwen, één ideaal: de liefde. Voor élke mens.

Lukas De Vos

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven